U bent hier:  Home > Meeuwenoverlast > Broedende meeuwen
Nederlands | Français | Deutsch

Meeuwenoverlast

Broedende meeuwen, boven op de daken aan de Vlaams / Belgische kust

Langs de Vlaams/Belgische kust doen de problemen zich anno 2013 voor in Oostende, Blankenberge, Knokke-Heist en Zeebrugge.

Sinds 1993 broedt de zilvermeeuw boven op de daken in de Oostendse regio, sinds 1999 ook de kleine mantelmeeuw. In hun zoektocht naar nieuwe broedgebieden vonden de vogels de gebouwen in het centrum van Oostende en in de stadsrand (boven op loodsen of op de Vismijn) een aantrekkelijk alternatief. Sinds 2005 komen ook broedgevallen voor boven op daken in de Zeebrugse voorhaven. In 2007 worden de eerste broedgevallen gesignaleerd in Knokke-Heist en vanaf 2012 broeden ze ook in Blankenberge.

Onderzoekers stellen een trage, maar gestage toename vast van het aantal dakbroeders. Als nestplaats vormen de daken in de stad natuurlijk een vrij goed alternatief: de meeuwen kunnen er ongestoord nestelen en zijn er onbereikbaar voor landroofdieren als ratten of vossen. Of de ruimte bovenop de daken voldoende is voor een herlokalisatie van alle in Oostende en Zeebrugge verdrongen meeuwen, zal de toekomst uitwijzen.

Broedgewoonten van grote meeuwen (kleine mantelmeeuw en zilvermeeuw)

Een volwassen meeuw, van drie jaar of ouder, komt meestal terug naar de plek waar hij het jaar er voor met succes gebroed heeft. Meeuwen die voor het eerst broeden zoeken vaak een plek in de buurt van hun eigen geboorteplaats. De meeuwen komen in februari terug in het broedgebied. Begin maart zijn de paringsrituelen in volle gang en eind april zijn de nesten klaar voor gebruik. In de laatste dagen van april en begin mei worden er drie eieren per meeuwenpaar gelegd. Tot het moment dat de eieren uitkomen, blijft de overlast meestal redelijk binnen de perken.

In juni, als de eieren zijn uitgekomen, worden de volwassen dieren erg actief en schreeuwen de kuikens constant om eten. In juli als de jonge vogels hun eerste vlieglessen krijgen, is er het meeste lawaai. De volwassen dieren beschermen hun jongen fanatiek en zijn erg luidruchtig. Tegen het eind van de zomer zwermen oude en jonge vogels uit en keert de rust langzaam weer terug. Tot het volgend broedseizoen...


Hoe voorkomt u dat meeuwen een nest bouwen op uw dak?

Enkele nuttige tips om nestvorming op het dak te voorkomen.

• Laat oude nesten wegnemen vóór februari-maart.
• Laat uw dak in de periode februari-maart regelmatig reinigen om mogelijk nestmateriaal zoals takjes, mos en bladeren te verwijderen.
• Laat uw dak overspannen met netconstructies. Hang de netten schuin om te verhinderen dat meeuwen ze als basis voor hun nest gebruiken.
• Gebruik afschrikmiddelen zoals linten en nepuilen. Verplaats deze geregeld en gebruik nieuw materiaal.
• Op hellende dakoppervlakken evenals op schouwen, dakranden en dakramen kunt u duivenpinnen laten plaatsen.
• Kabels op vlakke of lichthellende daken zijn niet zo effectief tegen nestvorming maar verhinderen wel dat meeuwen er komen rusten of slapen. Hierdoor komen er minder uitwerpselen op uw dak terecht. Plaats kabels het best parallel en evenwijdig met uw dak.

Meeuwen zijn een beschermde diersoort. Ze mogen tijdens de broedperiode (mei tot augustus) niet bestreden worden. Je mag ze nooit vangen of doden. Bovenstaande maatregelen mogen uitsluitend vóór of na de broedperiode genomen worden.

Meeuwvriendelijke daken

De mens kan ook actief aan een win-win situatie werken, namelijk door daken “meeuwvriendelijk” in te richten in gebieden waar de vogels voor de rest weinig overlast veroorzaken, bijvoorbeeld in industriegebieden. Op die manier kan toch ruimte vrij gemaakt worden voor economische activiteiten én kunnen we de belangrijke meeuwenpopulatie kansen bieden voor de toekomst.

Zo maak je een meeuwvriendelijk dak:

  • Zorg voor een vlak of licht hellend dak, zodat nesten niet van dak afschuiven;
  • Kies geschikte dakbedekking (roofing of kiezels/grint), dit wil zeggen:
    (1) een lichte kleur om oververhitting van het nest en de eieren te voorkomen,
    (2) geen al te glad materiaal;
    Grint is beter dan zand of schelpenmateriaal, dat makkelijker wegschuift.
    Bij gebruik van grint is de laag bij voorkeur minimaal 7 cm dik.
  • Zorg voor een opstaande dakrand van zo’n 20-30 cm, zodat de kuikens niet van het dak af vallen;
  • Zorg ervoor dat grondpredatoren het dak niet kunnen bereiken, bijvoorbeeld door de trap niet helemaal tot op de grond te laten komen, zodat vossen er niet op kunnen klimmen.
  • Om verstopte afvoerbuizen en goten te voorkomen breng je best beschermingsroosters aan. Reinig het dak na het broedseizoen éénmalig.


Ook meeuwen hebben hun favoriete broedplaats

(gegevens FRANÇOIS Roland en P. Lingier)

De situatie van broedende meeuwen in Oostende wordt op de voet gevolgd door vrijwilligers van Natuurpunt. Naast het tellen van de meeuwen, wordt ook gekeken naar de voorkeur van de meeuwen. Zo bleek de goot van het stationsdak te Oostende die voorzien is van roofing (al dan niet met mos begroeid) populairder dan het schuine dak. Meestal wordt de beschutting van een schouw of luchtkoker gezocht.

Als toch genesteld wordt op een schuin dak, wordt extra veel nestmateriaal aangebracht om het risico op wegwaaien te beperken. Bij private woningen zijn platte daken, met roofing of gravel bekleed het meest populair.
Broedende meeuwen, boven op de dakken aan de Vlaams / Belgische kust


Evolutie van het aantal dakbroeders Detail van het aantal dakbroedende paren per locatie. Bron: Eric Stienen, Instituut voor Bos- en Natuuronderzoek, Brussel.